Verdienvermogen sociaal advocatenkantoren

Lees hier het rapport Verdienvermogen Sociaal Advocatenkantoren (pdf, 864 kB)

Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Justitie en Veiligheid, de Nederlandse orde van advocaten, en de Raad voor Rechtsbijstand. De Commissie evaluatie puntentoekenning gesubsidieerde rechtsbijstand II (commissie-Van der Meer II) sloot zich later aan. De onderzoeksvraag die is meegegeven in de opdracht luidt:

Wat is op basis van een actuele berekening het punttarief dat nodig is voor sociaal advocaten om een netto-jaarinkomen dat gelijk is aan het netto-jaarinkomen behorende bij schaal 12 trede 10 CAO Rijk te kunnen vergaren?

De onderzoeksopdracht richt zich op een viertal vooraf gedefinieerde samenstellingen van advocatenkantoren en focust op het berekenen van het punttarief dat sociaal advocaten werkzaam bij dergelijke kantoren in staat stelt om een netto-inkomen dat gelijk is aan het netto-inkomen behorende bij schaal 12 trede 10 CAO Rijk te verwerven. De gangbare en noodzakelijke kostenposten voor sociaal advocatenkantoren zijn onderzocht, alsmede rekenwaarden voor ieder van deze kostenposten. Op basis hiervan is aan de hand van een model voor vier verschillende kantoorsamenstellingen berekend welk punttarief nodig is.

De onderzoeksopdracht behelst berekeningen voor de volgende vier kantoorsamenstellingen:

• 1 fte advocaat (zzp’er)
• 5 fte advocaten, 1 fte secretarieel ondersteuner
• 10 fte advocaten, 2 fte advocaat-stagiairs, 2 fte secretarieel ondersteuners
• 10 fte advocaten, 2 fte advocaat-stagiairs, 2 fte paralegals, 2 fte secretarieel ondersteuners